Prille lezers zijn echte rijmkampioenen

 

Kinderen in groep 3, 4 en 5 zijn namelijk veel beter in het herkennen van rijm dan volwassenen en jongere kinderen. Basisscholieren die net hebben leren lezen, herkennen sneller dat woorden die wel veel op elkaar lijken, zoals mes en mus, niet rijmen. Dat blijkt uit onderzoek waarmee biologe en hersenonderzoeker Barbara Wagensveld een paar jaar geleden promoveerde aan de Radboud Universiteit Nijmegen.

 

Wagensveld ontdekte dat kinderen die nog niet school gaan, net als volwassenen, moeite hebben om woorden die globaal op elkaar lijken te onderscheiden als niet-rijmend. Kinderen die net hebben leren lezen kunnen dat beter. "Ze zijn op school continu bezig met taal op klankniveau en oefeningen met het hakken en plakken van woorden", verklaart Wagensveld.
 

Rijmen en rijmherkenning spelen volgens Wagensveld een belangrijke rol in de talige ontwikkeling van kinderen. "Het kunnen herkennen van rijm geeft aan dat een kind niet meer alleen naar de betekenis van woorden luistert maar zich ook kan richten op de klanken van een taal. Kinderen met een goed klankbewustzijn kunnen later ook beter leren lezen", concludeerde Wagensveld. "Als we in een vroeg stadium kunnen aantonen dat een kleuter daar meer moeite mee heeft, is het misschien mogelijk ook eerder te beginnen met interventies die het leren lezen faciliteren."

 

Rijmen is in de laagste groepen van de basisschool heel belangrijk. In de kleutergroepen behoren rijmtaken tot de standaardtaken waarmee de ontwikkeling van het klankbewustzijn van een kind in kaart worden gebracht. Kinderen die klanken goed herkennen en dus ook goed kunnen rijmen, hebben later minder moeite met leren lezen. Door al vroeg te checken of het rijmen lukt, kunnen kinderen die op dit vlak achterlopen snel worden opgespoord en geholpen. Dat voorkomt dat ze straks in groep 3 al met een achterstand beginnen.